Interview over 38½: 1 man & 2 minnaars
Waarover gaat je boek?
381/2 gaat over vier sterke vrouwen: Susa, Andrea, Barbara en Claudia – twee zussen en hun beste vriendinnen. Vrouwen die midden in het leven staan, moeder en echtgenote zijn en professioneel, maar ook privé alles op rolletjes hebben lopen. Het zijn aantrekkelijke vrouwen en die met zelfspot, zelfkritiek en een behoorlijke portie zelfbewustzijn al het mogelijke – en vooral ook al het onmogelijke – aankunnen. Ze zijn slim én sexy, hebben humor en passies. Kortom, ze hebben alles mee. Maar er ontbreekt een belangrijk ding: de spanning, de aandacht. Met ze’n vieren gaan ze een weekend naar een beauty en belanden daardoor in verstrickingen. Ze genieten van alles in hun leven: het opgroeien van hun kinderen, de uitdaging die hun werk biedt, de relatie met hun man en de hartstocht van hun minnaars; en tegelijkertijd blijven ze kwetsbaar. Susa, Andrea, Barbara en Claudia zijn zeker in geen slachtofferrol.

Voor wie heb je dit boek geschreven?
Voor elke vrouw die het fijn vindt om een paar uurtjes met een glimlach op de lippen weg te duiken in een heerlijk herkenbaar boek. Een vriend van me die het boek gelezen heeft, vond dat mannen het absoluut ook moeten lezen. Volgens hem was de kans groot dat ze er nog wat van opstaken en hun vrouw beter zouden begrijpen.

Waarom heb je dit boek geschreven, wat was de aanleiding?
Ik lees graag. De meeste boeken die je zo tussendoor kunt lezen gaan maar over één ding: mannen! Op zich is daar niets mis mee, maar in bijna alle boeken draait het om een vrouw die op zoek is naar haar prins op het witte paard. Of ze heeft hem al gevonden, maar hij gaat vreemd. Of nog erger: hij gaat ervandoor. Na een tijdje gaat dat vervelenen bovendien klopt het niet helemaal. Ik ben al sinds twintig jaar getrouwd. We hebben het allemaal meegemaakt. We hebben onze ups en downs gehad – een huwelijk dat zolang stand houdt kan niet elke dag rozengeur en maneschijn zijn. Er is één ding dat ik heel erg mis: de vlinders in je buik, die in het begin van een relatie vrolijk rondfladderen. Kriebels in je buik als hij ’s avonds thuiskomt. En wat doe je dan? Een punt erachter zetten en een nieuwe vlam gaan zoeken? Hem zien als een periode uit je leven? Geen rekening houden met kinderen en wat al niet meer? Of ga je gewoon domweg door? Ik kon geen boek vinden, dat op een luchtige en leuke manier, met de nodige humor, over dat soort vragen gaat. Dus ben ik zelf maar achter het toetsenbord gaan zitten en heb ik erop los getikt. Het is een roman, waar je hopelijk smakelijk om kan lachen.

Is je boek gebaseerd op je eigen ervaringen?
Als ik al die ervaringen zelf had moeten opdoen, dan had ik geen tijd gehad voor mijn werk, mijn gezin en niet om dit boek te schrijven. Natuurlijk heb ik ook weleens gedacht: wat zou er gebeuren als ik die grote liefde van vroeger zou e-mailen? Of wat ik zou doen als een adonis a la David trouwplannen heeft. Het mooie van schrijven is, dat je uitgaat van een basisidee, eigen hersenspinsels of wensen in de categorie ‘dat zou ik een keer willen doen’. In het boek kan ik alles proberen, en rustig bedenken hoe het eventueel geweest zou zijn. Dan heb je net een personage leven ingeblazen en dan ontwikkelt die persoon zich vanzelf voor je ogen. Ik wist al heel snel: dat zou Susa nooit zeggen, Andrea misschien wel.

Welk personage lijkt het meest op jou?
Allemaal, lijken ze op me, behalve Barbara. Claudia lijkt voor een groot deel op mij zoals ik vroeger was. Andrea en Susa hebben veel van mijn karaktertrekken, maar zijn ook een soort legpuzzel van mijn vriendinnen geworden…

Welke beslissing zou jij nemen, als je Andrea of Susa was?
Ik kan beide beslissingen begrijpen, maar ik vind Andrea’s keuze realistischer. Ik ben een rationeel iemand en zou in zo’n situatie zeker met mijn hoofd en niet mijn hart keuzes maken. Een leven met een man die zoveel jonger is, zou niets voor mijn zijn. Ik heb een intelligente, sterke partner nodig, iemand die me tegengas geeft en zijn mannetje kan staan. Ik zou zeker niet Susa’s keuzes hebben gemaakt, maar juist voor het huwelijk met Martin hebben gevochten. Ik zou juist alles in het werk hebben gezet om er weer iets van te maken – maar nu verklap ik eigenlijk al teveel.

Wat doet een Duitse eigenlijk in Nederland?
Ja, en dat al bijna zeventien jaar. Mijn man en ik hebben altijd duidelijk afgesproken: degene die de beste baan en betere carrièrekansen heeft dus meer geld verdient, bepaalt wat er gebeurt. In het begin van onze relatie was het makkelijk. Mick studeerde nog en ik werkte al. Ik wou graag weg, in ieder geval uit Keulen. Na bijna dertig jaar had ik het even gezien. Bovenaan mijn lijstje stond ‘ergens aan de zee’. Natuurlijk verlangde, hoopte en wilde ik richting Zuiden. Toen kwam het aanbod van ESA. Ik zal het nooit vergeten. We waren net terug van een week zuidfranse zon. En dus gingen we. Er was een kamer met uitzicht op zee geregeld voor ons in hotel Oranje. Het was half juni, heerlijk weer, de Noordzee schitterde als de Middellandse Zee…Tja, binnen een halfjaar ben ik hem achterna verhuisd naar Nederland. En ik voele me hier helemaal op mijn gemak. Een kleine twee jaar later was ik een gelukkige mama, die wel graag eens wat anders om handen wilde hebben dan pampers en flessen. Toen ik een baan aangeboden kreeg, heb ik heel snel ‘ja’ gezegd.

Je bent de manager van Linda de Mol en Gordon en daarnaast ook moeder en echtgenote. Hoe kun je dat allemaal bolwerken? En is schrijven ontspanning voor je?
Ja, gedeeltelijk wel. Wanneer ik schrijf, kan ik, net als bij het hardlopen, helemaal tot rust komen. Mijn hoofd is lekker leeg en ik kan weer helder over alles nadenken. Bij het schrijven zit ik helemaal in het verhaal. Ik vind het vreselijk als ik gestoord wordt door iets en ik leef zo mee met mijn personages dat ik al een paar keer in tranen achter de computer zat. Toen ik een keer zo snotterend zat te schrijven, kwam mijn dochter binnen. Ze keek me verbaasd aan en wilde weten wat er aan de hand was. Ik heb haar de scène uitgelegd en toen moesten we alle twee lachen – niet vanwege het verhaal, nee, vanwege mij. Gelukkig zijn mijn man en dochter wel wat van me gewend op werkgebied. Toen ik begon met schrijven, moest ik vaak in de weekenden aan het boek werken. Zondags viel dat nauwelijks op, omdat hij dan rugby speelt en mijn dochterlief is een vrolijke teenager, wiens wereld bestaat uit met vriendinnen naar de bioscoop gaan, shoppen of huiswerk maken. Ik kon dus redelijk ongestoord schrijven. Het viel pas op toen we met zijn drieën in ons huis in Spanje waren en ik me nauwelijks los kon rukken van de computer. Op dat soort momenten spreekt Mick me weleens even krachtig toe. Gelukkig zijn ze heel begripvol geweest.

Je bent zelf de veertig al gepasseerd. Was veertig worden een probleem voor je?
Nee, ik was skiën met familie en vrienden in Oostenrijk. Op mijn verjaardag heb ik mezelf een privé-leraar cadeau gedaan – natuurlijk in de hoop dat het een lekker ding zou zijn. Maar helaas: ik kreeg het model ‘vandaag gaan we zeker 120 km/u skieen’ en ‘ik zeg maar gewoon genadeloos wat je allemaal fout doet’. Bovendien was het een zestiger met dun haar. Joehoe! ’s Avonds was ik bekaf. Ik had wel veel geleerd. Toen hebben we mijn verjaardag gevierd. Veertig heeft ook zijn voordelen: je weet waar je aan toe bent in het leven, wie je bent en wat je wilt, je twijfelt niet meer zoveel aan jezelf en je hoeft niet meer altijd iedereen alles naar de zin te maken en te vriend te houden. Je kunt beter accepteren dat er mensen zijn die jou bijvoordeel niet mogen, want er zijn ook mensen die jezelf niet kunt uitstaan. Vijftig worden leek me wel altijd verschrikkelijk, maar sinds twee jaar denk ik daar anders over. Een goede vriendin van me is op haar vijftigste aan kanker overleden. Op een avond in april belde ze me om het te vertellen. Drie maanden later was ze er al niet meer. Nu is weer een vriendin ziek. Eerlijk waar, angst om ouder te worden is zo’n onzin. Mensen zouden blij moeten zijn met elke verjaardag, die ze gezond en monter mogen vieren.

Hoe schrijf je? En hoe ga je met een writer’s block om?
Ik ben volgens mij best gedisciplineerd. Als het kan, schrijf ik iedere avond, maar dat is in de laatsten maanden ook alleen maar wishful thinking. Dus eigenlijk schrijf ik wanneer het uitkomt. Normaal ga ik elke ochtend drie tot vijf km hardlopen. Dat is mijn zuurstoftoevoer voor de dag, of het nou regent of sneeuwt: ik zet mijn Ipod aan en loop zo hard als ik kan. Alleen als het stormt, spijbel ik nog weleens. En als ik niet verder kom met schrijven, kan het zijn dat ik mijn sportschoenen aantrek en me de benen uit het lijf ren. Dat is heerlijk. Mijn hoofd wordt helemaal helder en ik weet weer hoe ik verder moet met het verhaal. Maar het is ook weleens zo dat ik een pakje sigaretten koop, tien stuk achter elkaar wegpaf tot ik misselijk ben en ik precies weet wat ik op wil schrijven.

Mannen komen er niet zo goed van af in je boek? Is dat echt hoe je over ze denkt?
Nee, ik hou van mannen! Mannen komen er niet echt zo slecht van af in het boek, ze spelen alleen een bijrol in plaats van de hoofdrol. Ze zijn de oorzaak van alles wat er gebeurt.

Hoe reageerde je man op het boek?
Hij heeft het pas kortgeleden helemaal gelezen. Daarvoor las hij weleens een stukje mee, soms een heel hoofdstuk, en vaak vroeg ik hem advies. Hij was onder de indruk.

In je roman wordt vrij veel vreemdgegaan. Hoe denk je zelf daarover?
Wat is vreemdgaan? Ga je vreemd wanneer je iemand anders aantrekkelijk vindt? Gaat een kus te ver, of ga je pas de fout in als je seks hebt met een ander? En wat als je lichamelijk niet vreemdgaat, maar er wel over fantaseert? Ik ben absoluut geen voorstander van het open huwelijk. En ook vind ik niet dat je alles moet delen met elkaar in een huwelijk, zogenaamd je geweten klaren en alles opbiechten. Ik zou het helemaal niet willen weten. Als ik me voorstel dat mijn man terugkomt van een van zijn vele zakenreizen en tegen me zegt: ‘Weet je, lieverd, ik ben vreemdgegaan, maar het betekende helemaal niets.’ Ik zou daar niet mee kunnen omgaan. Het vertrouwen zou toch geknakt zijn.

Wees eens eerlijk: het liefdesverhaal in je boek is zo goed en gevoelig beschreven, is het gebaseerd op eigen ervaringen?
Het is voor een deel eigen ervaring. Iedereen heeft wel eens een grote liefde gehad. Als je geluk hebt gehad, ben je met die persoon samen. Maar vaak is dat niet mogelijk en misschien is het daarom ook ‘je grote liefde’.

Je hebt een dochter in puberleeftijd. Wat vindt zij van je roman?
Victoria heeft passages gelezen. Ze vond het erg grappig, maar kan zich als zestienjarige niet helemaal inleven natuurlijk.

Komt er nog een tweede boek aan?
Im prinzipe wel, ik heb bewust een open einde gelaten zodat ik weer verder kan schrijven, maar het hangt natuurlijk van het succes van het eerste boek af. In de vervolg maken Andrea, Susa, Claudia en Barbara weer vanalles mee, moeten allerlei beslissingen nemen en moeten vaker tussen gevoel en verstand kiezen dan hun lief is. En deze keer vallen er zelfs doden en komen er seksscènes en andere verwikkelingen voor.

Kun je je voorstellen dat je, als alles goed gaat, van baan verandert – fulltime schrijver in plaats van manager? Wat vind je leuker?
Nee, schrijven is prachtig, het ontspant en geeft me energie, maar mijn werk is mijn grootste hobby. Ik organiseer, plan, regel, ontwikkel en manage veel te graag. Schrijven én manager zijn, voelt compleet: de hectiek van een manager en af en toe het teruggetrokken bestaan van een schrijver – heerlijk!

Kon je makkelijker een uitgeverij vinden door je contact met Linda de Mol?
Natuurlijk, daardoor ken ik nou eenmaal veel mensen, maar uiteindelijk gaat het om het boek. Geen enkele uitgeverij zou mijn werk publicieren, alleen maar omdat ik de manager van Linda en Gordon ben. Dat zou anders zijn geweest als ik over mijn werk zou schrijven.

Hoe is het om voor Linda de Mol en Gordon te werken?
Heel afwisselend – never a dull moment. Die twee zijn gewoon multi-talenten. Voor Linda werk ik al veertien jaar inmiddels. Ze is open, hartelijk, gedisciplineerd, zonder sterallures – een echte professional, zoals het hoort. Het is leuk om met haar te werken, want ze weet precies wat ze wil. Privé is ze een belangrijke vriendin, wiens raad ik niets zou kunnen missen. Voor Gordon werk ik inmiddels een jaar, met veel plezier. Gordon is ontzettend creatief, snel en messcherp.

Welke boeken lees je zelf?
Heel af en toe lees ik ook literatuur, maar ik betrap mee erbij, dat ik eigenlijk in de laatste jaren alleen nog maar lees ter onstpanning. Ik heb Saskia Noort Terug naar de kust en De eetclub verslonden. Heleen van Royen De ontsnapping kon ik ook niet wegleggen. Kluun vond ik iets te zwaar, omdat een vriendin van me aan kanker is overleden. Ik heb net Mijn geheim van Els Quaegebeur gelezen – heerlijk ontspannend. Verder lees ik veel Duitse boeken.